Discriminatie is een lastig en gevoelig onderwerp. Niemand wil gediscrimineerd worden, en niemand wil beschuldigd worden van discriminatie. Bovendien beoordeelt iedereen situaties en opmerkingen verschillend. Wat door de één als grap ervaren wordt, kan voor de ander kwetsend zijn. Discriminatie gebeurt niet altijd expres. Het kan gebeuren dat je iets doet of zegt dat de ander kwetst, terwijl je dat niet zo bedoelt en zelfs niet door hebt.

Bij discriminatie is er sprake van een ongelijke behandeling van personen: het achterstellen of uitsluiten van mensen op basis van persoonlijke kenmerken zoals geslacht, huidskleur of religie. Juist omdat iedereen situaties en opmerkingen anders opvat is het belangrijk om met elkaar in gesprek te gaan over het thema ‘Discriminatie’.

Dilemma: Kind wil niet luisteren

Een collega neemt een les over en heeft de kinderen een opdracht gegeven. Al snel ziet je collega dat één kind niet meedoet en probeert het kind te motiveren. Hierop reageert het kind: ‘Ik hoef niet te luisteren naar vrouwen’.

Hoe zou jij reageren op deze situatie?

Dilemma: Grappen over bezoekers

Een collega maakt voortdurend grappen met een racistische ondertoon over een groepje jongeren dat aan het zwemmen is.

Wat vind jij daar van? Zou jij je collega hier op aanspreken?

Dilemma: Team uitje

Een van de collega’s uit het team is moslim. De collega’s maken negatieve opmerkingen over moslima’s met een hoofddoek en hebben het over ‘kutmarokkanen’.

Het teamuitje staat gepland tijdens de ramadan. Voor deze collega is de maat vol en roept dat de collega’s discrimineren. Iedereen reageert verontwaardigd. De opmerkingen gaan niet specifiek over deze collega maar over moslims in het algemeen en dat van het uitje is per ongeluk.

Wat vind jij hiervan?